Kun je fietsen in een wereld op zijn kop?

Fietsen is eigenlijk een waanzinnig ingewikkelde bezigheid, die desalnietemin - na de eerste leerzame valpartijen in onze jeugd – moeiteloos lijkt te verlopen. We verwerken voortdurend wat via onze ogen binnen komt en vertalen dat naar de juiste stuursignalen naar armen en benen om de fiets rechtop te houden en de juiste bochten te nemen. Eenmaal geleerd wordt het lastig om je aan te passen aan nieuwe vormen van fietsen.

In mijn vroege jeugd in Ede heb ik eens mijn voor- en achtertandwielen met een ketting in de vorm van een ‘acht’ verbonden. Zodoende kon ik achteruit trappend door de dorpstraat fietsen en toch vooruit gaan. Aan zo’n aanpassing wen je snel.

Een andere aanpassing is om te sturen met gekruisde armen, dus door met je rechter hand het linker handvat vast te houden, en met je linker hand het rechter handvat. Da’s mij in mijn jeugd al veel minder goed bevallen, maar het is te leren.

Een vraag die pas later bij mij boven kwam is of je kunt leren fietsen wanneer je de wereld op z'n kop ziet?

Op een terras inTelc, Tsjechië, aan het einde van een fietsdag. Het glas witte wijn zet de wereld op z'n kop.(foto: Peter Werkhoven)

Kijken via spiegels

Een eenvoudige manier om de wereld op z'n kop te zetten is om voorovergebogen op je fiets naar beneden te kijken in een spiegel die je het zicht naar voren laat zien. Door de spiegelwerking komt de wereld dan op z'n kop te staan.

Voordeel van deze manier van fietsen is overigens dat je nekpijn zou kunnen voorkomen die je bij normaal fietsen krijgt van naar voren kijken terwijl je voorovergebogen op je fiets zit.

Als het alleen om die nekpijn gaat kun je het beter oplossen zonder dat de wereld op z'n kop staat door met twee spiegels te werken (de periscope) of een prisma. Denk aan de poging om de Pedi-Scope op de markt te brengen - waarbij de wereld niet op zijn kop komt te staan en je toch voorovergebogen vooruit kunt kijken.

De wereld op zijn kop

Interessant is dat we denken dat we de wereld ‘rechtop’ zien. Dat, terwijl het beeld op ons netvlies door de lenswerking van het oog al op z’n kop staat, en zo doorgeleid wordt naar de achterkant van onze hersenen, waarbij het op zijn kop blijft.

Je zou dus kunnen zeggen dat wij voortdurend de wereld op zijn kop zien, en dat we dat als ‘rechtop’ zijn gaan ervaren.

Zolang onze armen en benen goed worden aangestuurd maakt het ook niets uit dat dat beeld in je hersenen op z’n kop staat, want we hebben geen ‘mannetje in ons hoofd’ (homunculus) dat naar dat beeld in onze hersenen zit te kijken en er van in de war raakt.

Maar wat nu als je met een speciale bril het beeld dat het oog in gaat omdraait, zodat het na je lens op je netvlies ‘rechtop’ komt te staan, en daarmee ook in je hersenen.

Kunnen we dan nog steeds fietsen? Is ‘rechtop’ opnieuw te leren?

Nieuwsgierige wetenschappers

De eerste wetenschapper om het op zijn kop zetten van de wereld eens uit te proberen was George Malcolm Stratton, in 1897. George was een student van de beroemde arts en filosoof Wilhelm Wundt, die in Leipzig een start maakte met psychologie als wetenschapsgebied, en zich als eerste in de wereld psycholoog noemde.

Stratton voerde in 1896 in Leipzig een experiment uit [Stratton, 1896] waarin hij zelf gedurende drie dagen bij elkaar ruim 21 uur een ‘omkeerbril’ droeg. Overigens voor één oog, het andere had hij afgedekt. Hij raakte niet gewend aan de omgekeerde wereld. En na afloop van het experiment kon hij ook zonder enig probleem weer ‘normaal’ functioneren.

In een tweede experiment droeg hij de omkeerbril maar liefst acht dagen lang, zowel binnen als buiten het huis. Pas op de vijfde dag kon hij weer ‘normaal’ om zijn huis heen lopen, maar als hij zich er op concentreerde zag hij voorwerpen nog steeds op zijn kop, in het bijzonder zijn eigen lichaamsdelen.


Referenties


Stratton, George M. (1896). "Some preliminary experiments on vision without inversion of the retinal image". Psychological Review 3 (6).
Linden et al. (1999). “The myth of upright vision”. Perception 28.

Na afloop van het experiment duurde het een paar uur voordat hij de wereld weer zag zoals voor het omkeer-experiment. Dus er was wel wat met zijn hersenen gebeurd.

Pas een eeuw later, in 1999, werd het experiment herhaald door David Linden en collega’s van het Max Planck Instituut voor hersenonderzoek in Frankfurt [Linden, 1999].

Vier proefpersonen droegen 10 dagen lang een omkeerbril. Hun oog-hand coordinatie paste zich wel aan in de omgekeerde wereld, maar ze bleven de wereld ‘op zijn kop’ ervaren. Bovendien was op zogenaamde fMRI foto’s van de hersenen niet te zien dat er na die 10 dagen iets in de hersenen was veranderd.

Alles bij elkaar lijkt het er op dat we wel kunnen ‘wennen’ aan een nieuwe wereld op zijn kop, en de koffie weer kunnen inschenken, maar dat we die nieuwe wereld niet echt als ‘rechtop’ gaan ervaren zoals de oude, in ieder geval niet na 10 dagen proberen.

Om te weten of dit ook voor het fietsen geldt, en of je na meer dan 10 dagen de wereld weer als normaal gaat ervaren, zouden we zelf aan de slag moeten ;-)

Op het internet (bv bij Grand-iIllusions) kun je tegenwoordig een omkeerbril voor een redelijke prijs aanschaffen, als is het maar om even te ervaren hoe het is om in een omgekeerde huiskamer te lopen.